Rita Vanhoutte is binnen ons SIREE project vrijwilliger en oefent op regelmatige basis én online Nederlands met Madalina!
Wat de frequentie van de gesprekken betreft, laat ik de keuze aan haar. Tot nu toe wou ze 2 keer per week een gesprek die ik na ½ uur afrond. Kwestie om het gesprek kwalitatief te houden. Zoals reeds gezegd is ze een vlotte en enthousiaste gesprekspartner. Ze heeft een Russische vriend en morgen, bij ons volgend gesprek, zal ik haar vragen of haar vriend ook interesse heeft om het gesprek mee te volgen of om er een apart gespreksmoment met hem te voorzien. Ik heb hem nog niet gezien tijdens de video-chat.
De vorige keren liep het gesprek vanzelf met vragen over de actualiteit, over het werk, over hoe ze in coronatijden standhoudt, over haar geboorteland. Zoals ik reeds aangaf gebruik ik ook “datum: dag van…” als kapstok. Zo is het morgen de ‘dag van het gezin’, ook ‘wereldmeditatiedag’ en we zullen nét de ijsheiligen achter de rug hebben. Daar zit een enorm potentieel van vragen achter, die, zo weet ik uit ervaring, nooit allemaal beantwoord worden omdat ik het gesprek zijn vrije loop laat gaan.
Nog iets wat ik achter de hand hou: De vragen in “Hit&Run” uit de DS Weekend. (bv: wanneer was je het gelukkigst? Wat maakt je ongelukkig? Wat is uw foutste guilty pleasure? Wat was uw ergste jog ooit? Wat beschouw je als uw grootste prestatie? Enz enz.
Voor mezelf zijn die gesprekken boeiend in de zin dat je nieuwe mensen leert kennen, dat je nieuwe inzichten aangereikt krijgt, dat je uw ideeën toetst met die van iemand anders, dat je voor jezelf weetjes opzoekt of uitdiept vooraleer je in gesprek gaat.